Hoe blijft de grootste verspreider van ziekten zélf gezond?

23 februari 2018 door SST

Vleermuizen worden als vanouds in verband gebracht met de verspreiding van gevaarlijke besmettelijke ziekten zoals ebola, sars en het Marburg-virus. Hoe komt het toch dat de dieren zélf immuun lijken te zijn voor de virussen?

Met die vraag gingen Chinese biologen aan de slag. Ze onderzochten het aangeboren immuunsysteem van vleermuizen in detail, waarbij ze focusten op eiwitten die de aanmaak van zogenaamde interferonen reguleren. Deze immuundeeltjes spelen een cruciale rol in de afweerrespons die het lichaam ontwikkelt nadat vreemde indringers zijn gedetecteerd.

De wetenschappers ontdekten dat de immuunrespons bij vleermuizen in het geval van virale infecties wordt onderdrukt, en wel exact binnen de juiste grenzen. Niet te hard dus, zodat de dieren niet ziek worden. Maar ook niet te zacht, zodat er geen al te hevige afweerreactie – zoals koorts – kan ontstaan.

De vleermuis lijkt daardoor, op het vlak van immuniteit tegen virussen, op een ‘superzoogdier’. De onderzoeker vermoeden dat het fijn afgestelde immuunsysteem van vleermuizen het resultaat is van hun unieke evolutie als vliegende zoogdieren. Hierdoor konden ze wellicht meer immuniteitsgenen ontwikkelen dan andere, minder fortuinlijke zoogdieren.