Strategisch handelen is kinderspel

02 september 2014 door Eos-redactie

Het ingewikkelde vermogen om strategisch te handelen is al aanwezig bij kinderen van zeven jaar.

Het ingewikkelde vermogen om strategisch te handelen is al aanwezig bij kinderen van zeven jaar. Vanaf die leeftijd is het mogelijk om concurrentie en misleiding in te schatten bij andere mensen.

Het is al langer bekend dat het vermogen om strategisch na te denken zich vormt op jonge leeftijd. Volgens een studie van de University of Minnesota, onder leiding van Melissa Koenig en gepubliceerd in PNAS, zijn kinderen vanaf zeven jaar in staat om ingewikkelde sociale interacties aan te gaan. Ze kunnen vanaf die leeftijd anticiperen op de concurrentie en misleiding van anderen.

Het team van Melissa Koenig nam de proef op de som door 69 kinderen van 3 tot 9 jaar en 44 volwassenen mee te laten doen aan een reeks tactische spelletjes. In een van die spelletjes was het de bedoeling om tegelijkertijd met een andere proefpersoon te kiezen tussen 1 of 5 stickers. Wie minder stickers koos, mocht de stickers houden terwijl de andere speler er geen kreeg. Als de spelers evenveel stickers kozen, mocht niemand zijn stickers houden.

De meeste kinderen van ouder dan 6,5 jaar kozen 1 tot 2 stickers, net zoals de volwassen spelers. De onderzoekers besloten daaruit dat kinderen vanaf 7 jaar bekwaam zijn om het stategic theory of mind-principe (SToM) toe te passen. Met dat principe benoemen de onderzoekers het vermogen om het gedrag van anderen te voorspellen, door een inschatting te maken van diens motieven.

Bij een tweede spel waren er twee doosjes: een met en een zonder een snoepje. Het ene kind wist in welk doosje het snoepje zit, en moest een van de twee doosjes aanwijzen voor een tweede proefpersoon. Als die het snoepdoosje koos, mocht die het snoepje houden. Anders was het voor het eerste kind, dat zo dus een motivatie had om zijn tegenspeler te misleiden. (cg)