Stress beschermt tegen depressie

11 mei 2015 door Eos-redactie

Onderzoek bij ratten wijst uit dat milde stress in de jeugd ook een bruikbare ervaring kan zijn.

De combinatie van genetische aanleg voor depressie en blootstelling aan stress tijdens de jeugd, verhoogt het risico op depressie op latere leeftijd. Althans, zo wil de heersende opvatting. Toch zijn er steeds meer aanwijzingen dat dat niet altijd klopt en dat milde stress ook een bruikbare ervaring kan zijn.

Om te onderzoeken of een licht gestresste jeugd ons ook weerbaarder kan maken voor stress, gebruikte Rick van der Doelen van Radboud UMC ratten met een verminderde 5-HTT-genactiviteit. Werkt dat specifieke gen niet zoals het hoort, dan wordt serotonine – het gelukshormoon dat onder andere onze gemoedstoestand regelt - niet goed opgenomen door de zenuwen en worden we neerslachtig of depressief.

Van der Doelen volgde de beestjes van bij hun geboorte tot ze volwassen waren. Hij verdeelde de pasgeboren ratjes in twee groepen, waarna de diertjes uit de ene groep geregeld een aantal uren werden gescheiden van hun moeder en de andere niet. Hoewel de ratjes uit de eerste groep in theorie op latere leeftijd gevoeliger hadden moeten zijn voor depressie omdat ze lichte stress hadden ervaren tijdens hun jeugd, bleek net het omgekeerde: de ratjes waren weerbaarder voor stress op latere leeftijd.

Volgens Van der Doelen maakt zijn onderzoek duidelijk dat de verminderde 5-HTT-genactiviteit niet alleen zorgt voor een grotere gevoeligheid voor de negatieve effecten van stress, maar ook voor de positieve effecten ervan. (ev)