Eos Blogs

Waarom traag reizen zo bijzonder is

Blogger Hannelore Prinsen schrijft over de mooiste reis die ze tot nu toe maakte: met de fiets naar Amsterdam. 'Wat begon als een impulsieve beslissing, heeft voor mij een deur geopend die ik nooit meer wil sluiten.'

Het is inmiddels twee jaar geleden dat ik de beste reis van mijn (zij het tot nu toe korte) leven maakte. Waar ging ik heen dat het zo bijzonder was? Bali? Amerika? Een bescheiden eiland voor de kust van Kreta? Neen, niets van dat alles. Het was Amsterdam, en het was zelfs niet eens de eerste keer dat ik er geweest ben. Maar op deze reis maakte het vervoermiddel alle verschil.

De reis kwam een beetje vanuit het niets. Ik stond op een rommelmarkt rommel te verkopen toen ik een vriendin tegen het lijf liep. Ze vroeg me plotsklaps of ik zin had om mee naar Amsterdam te fietsen. Ik zei ja voor ik er ook maar diep over had nagedacht. Ergens was ik ervan overtuigd dat het nooit meer dan een idee zou worden, dat dachten we allebei.

Enkele weken later zat ik samen met haar op de fiets. 

Er zijn veel dingen die anders zijn aan op reis gaan met de fiets dan met de auto, de trein of het vliegtuig. Je denkt misschien als eerste aan de bagage, maar dat was voor ons een meevaller. Dat kwam natuurlijk vooral omdat we bij mensen konden logeren, en dus niet allerlei kampeerspullen mee hoefden te sjouwen (hoewel ik toch een luchtmatras en een slaapzak bij me had, voor de zekerheid). Anders dan wanneer je naar een tropisch hotel vertrekt met het vliegtuig, is dat je wel driedubbel moet nadenken over wat je meebrengt. Het heeft geen nut om voor elke dag een andere outfit in te pakken, en schoonheidsproducten kan je ook beter vergeten. 

Zelfs na een strenge blik op je packlist, blijf je nog steeds met zo’n 20 kilo achter die je allemaal op de fiets bevestigd moet zien te krijgen. Je moet natuurlijk de balans behouden, dus alles moet netjes over het hele ding verdeeld worden. Moderne reisfietsen kan je uitrusten met allerlei extra opties om spullen te bevestigen. Op onze stadsfietsen was het eerder een kwestie van bagagedragers en fietsmandjes. 

Eens je op de fiets zit met al je bagage voel je er echter bijna niets meer van. Vertrekken en stoppen gaat wat moeizamer, maar eens je in beweging bent vergeet je op slag de rommel op de bagagedrager. 

Zadelpijn

Wat wel een pain in the a** was, was, wel… de pijn in de a**. Op een stadsfiets zit je vrij rechtop, en komt er veel druk op je achterwerk. Dat is goed voor enkele uren, maar als je het grootste deel van de dag op je fiets doorbrengt, en dat voor meerdere dagen achtereen, begint het wel zwaar door te wegen. Ik vrees dat we Amsterdam zijn doorgewaggeld als een stel ganzen. Note to self, koop een fiets met een lager stuur.

Wat ik je tot nu toe beschreven heb klinkt misschien meer als een nachtmerrie dan als de droomreis waar ik het in het begin over had. Ik hou natuurlijk het beste voor het laatst.

Er is dat gezegde dat de reis belangrijker is dan de bestemming. Ik dacht altijd dat dat iets was dat men had uitgevonden om degenen te troosten die de bestemming niet gehaald hadden.

Er is iets heel bijzonders aan traag reizen. Je ziet de landschappen in elkaar overvloeien en de vordering die je gemaakt hebt bevestigen. Je bent je helemaal bewust van het aantal kilometers tussen je thuis en je bestemming. Op de fiets had ik dat nog niet helemaal door. Het was pas op de treinreis terug naar Antwerpen dat het besef me overviel. Waar wij dagen over hadden gefietst, flitste aan ons voorbij in enkele uren. Het was een trieste gewaarwording, omdat het alle kilometers tussen Antwerpen en Amsterdam waren die ons zo gelukkig hadden gemaakt.

Zelfs na al ons werk en al onze energie, was Amsterdam nog steeds gewoon een stad. Een stad met mooie architectuur, musea, kanaaltjes en lekker eten, maar toch ook gewoon een stad. We hadden op de trein kunnen stappen en er onze zaterdag kunnen doorbrengen, en ik zou nu al vergeten zijn dat dat iets was wat ik gedaan had. 

Nee, het was niet Amsterdam dat ons hart veroverde. Het waren de velden vol wilde bloemen. Het waren de vogels bij de plassen, konijntjes in het veld, de rivieren en dorpjes. Het waren de boeren die hun verse oogst verkochten voor geen geld. Het waren de picknicks waarin we ons uitgehongerd stortten op eten dat thuis niet half zo goed smaakte. 

Er is dat gezegde dat de reis belangrijker is dan de bestemming. Ik dacht altijd dat dat iets was dat men had uitgevonden om degenen te troosten die de bestemming niet gehaald hadden. Misschien is dat ook wel zo. Ik weet niet wie dat voor het eerst zei, maar hij of zij had gelijk. Ik ben sindsdien niet meer in een vliegtuig gestapt, en ik ben niet van plan dat ooit nog te doen. Wat begon als een impulsieve beslissing bij een toevallige ontmoeting op een rommelmarkt in de stad, heeft voor mij een deur geopend die ik nooit meer wil sluiten.