‘Lange tijd waren ufo’s een carrièrekiller. Nu houden serieuze wetenschappers zich ermee bezig’

Lang was het bestuderen van ufo’s een uitstekende manier om je carrière als wetenschapper te vermoorden. Vandaag duiken er echter steeds vaker legitieme wetenschappers op met een interesse in onverklaarde vliegende objecten. Of die openheid blijft aanhouden, staat nog allesbehalve vast.

Beeld: Telkens als er een treintje van satellieten wordt gelanceerd door SpaceX, het Amerikaanse ruimtevaartbedrijf van Elon Musk, loopt er een rist ufo-meldingen binnen. Credit: Imageselect

‘Look at that thing, dude’, zegt een van de piloten. ‘Look at it go’, slaakt de ander. Dit is de video waarmee The New York Times ufo’s terug naar de mainstream bracht. Je ziet beelden van een sensor van een Amerikaans jachtvliegtuig dat achter een vreemd object aanzit. Het object vliegt tegen de wind in, en de piloten weten het niet goed te verklaren. Eerst denken ze dat het een drone is, daarna niet meer. Deze video dook op in 2017, vrijgegeven door het Amerikaanse ministerie van defensie. Het betekende het startschot van meer legitieme aandacht voor ufo’s, ofwel unidentified flying objects (niet-geïdentificeerde vliegende objecten). Waar dit lang het terrein was van excentriekelingen en geheime overheidsprogramma’s zagen we de voorbije jaren meer openheid rond het onderwerp.

De Amerikaanse senaat werkt er actief rond, meer wetenschappers spreken er zich over uit en enkele maanden geleden kondigde NASA aan dat ze een onderzoeksproject rond ufo’s opzetten, geleid door gerespecteerde wetenschappers zoals astrofysicus David Spergel.

‘Lange tijd waren ufo’s een carrièrekiller’, stelt Taede Smedes, theoloog aan de Radboud Universiteit van Nijmegen, en betrokken bij het Nederlandse UFO-Meldpunt. ‘Als je je daar mee bezighield, dan was je een nut job (mafkees, red.). Dat veranderde de afgelopen jaren. Meer serieuze wetenschappers houden zich er nu mee bezig. De sfeer errond verandert.’

Maar wat moeten we denken van die toenemende aandacht? Is dit echt een legitiem wetenschappelijk onderwerp? En wat hebben ufo’s te maken met buitenaards leven? Het zijn vragen waar wetenschappers zich meer over buigen, maar de antwoorden erop blijven voorlopig uit.

IJskristallen

‘We vinden de toename in onderzoek een goede zaak’, stelt Frederick Delaere, coördinator van het Belgisch UFO-Meldpunt. ‘Er zijn nu meer en meer professionele wetenschappelijke onderzoekers bij betrokken. De kans bestaat natuurlijk dat hun conclusies in het verlengde zullen liggen van wat we al weten: dat een aantal meldingen verklaarbaar zijn, dat er over een aantal meldingen te weinig informatie is en dat een heel klein deel nog niet te verklaren is.’

Het Belgisch UFO-Meldpunt volgt sinds 2007 ufo-meldingen op, en probeert deze te verklaren. Dat proberen ze op een objectieve en bewijsgerichte manier te doen, als alternatief voor de vaak wilde theorieën die soms circuleren in het wereldje.

‘Er duiken regelmatig fenomenen op die fascinerend in elkaar zitten’, stelt Delaere. ‘Zo zien mensen in België soms moeilijk te verklaren verticale strepen van licht hoog in de lucht. De oorzaak daarvan ligt bij onafgeschermde spots of metershoge steekvlammen die uit de schoorstenen komen van petrochemische bedrijven. Dat licht weerkaatst op ijskristallen die zich kilometers boven de grond bevinden. Dit fenomeen zorgt voor ufo-meldingen doorheen het hele land.’

‘Het lijkt me onwaarschijnlijk dat buitenaards leven ons al decennialang stiekem bezoekt. Dan zijn we antropomorf bezig’

De meeste observaties hebben dus banale oorzaken. Delaere haalt bijvoorbeeld aan hoe een tijd lang Thaise lampionnen een vaak voorkomende bron waren van vreemde lichten in de lucht. Dit soort kleine ballonnen wordt naar boven gestuwd door de hete lucht van een kaars. Die lampionnen waren een tijdlang populair, maar doordat ze regelmatig branden veroorzaakten, zijn ze vandaag minder vaak een bron van ufo-meldingen.

Nieuwe fenomenen duiken ondertussen ook op. Bedrijven zoals SpaceX lanceren bijvoorbeeld vandaag grote hoeveelheden satellieten die op relatief lage hoogte vliegen. Die treintjes van satellieten zijn soms vanaf de aarde zichtbaar, en zorgden de voorbije jaren regelmatig voor ufo-meldingen.

De woordenschat achter de jacht op ufo’s verandert ondertussen ook. ‘Vandaag gebruikt men meestal uap, unidentified aerial phenomena’, stelt Delaere. ‘Die term bestaat al een tijdje, maar het is een goede zaak dat uap nu op de voorgrond komt. Het gaat namelijk niet altijd over objecten of vliegende zaken. Soms gaat het over lichtfenomenen of is er iets mis met de meetapparatuur, waardoor je denkt dat er iets vliegt, maar er niets aanwezig is. Uap is een stuk preciezer dan ufo.’

Een klein deeltje van de meldingen blijft echter onverklaard, iets wat al snel wilde theorieën produceert. Het woord ufo roept zo onmiddellijk associaties op met groene aliens en vliegende schotels. ‘We maken absoluut niet de link met buitenaards leven’, stelt Delaere. ‘De overgrote meerderheid van de meldingen kunnen we verklaren. We moeten natuurlijk toegeven dat een klein deeltje onverklaard blijkt. Dat laten we open. We leggen nooit de connectie met het buitenaardse. We vinden het spijtig dat die link altijd gelegd wordt. Er is namelijk geen concreet bewijs dat ufo-meldingen toegeschreven kunnen worden aan buitenaards leven. Het blijft erg moeilijk om met ufo’s bezig te zijn zonder automatisch in dat kamp gestoken te worden.’

De theologie van ufo’s

Niet enkel exacte wetenschappers houden zich vandaag bezig met ufo’s. Ook in andere velden, zoals theologie, wordt nagedacht over vreemde meldingen in de lucht en zelfs buitenaards leven.

‘Sommige theologen en godsdienstfilosofen bestuderen het geloof in buitenaardse bezoekers alsof het een religie zou zijn’, stelt Smedes. ‘Voor mij is het vooral interessant om de impact van buitenaards leven op theologie te bekijken. Wat als we een beschaving zouden ontdekken die minimaal op ons niveau van technologie en intelligentie staat? Wat betekent dat voor het denken over God? Vanuit christelijke theologie heb je bijvoorbeeld de rol van Jezus Christus. Hij stierf voor de menselijke zonden, en heeft zo een verzoening tussen God en mens bewerkstelligd. De vraag is dan: geldt dat alleen voor de aarde, of heeft dat een kosmische betekenis? De voorbije decennia heeft theologie veel gedebatteerd over de evolutietheorie. Maar volgens mij wordt dit hét nieuwe theologische debat van de toekomst.’

Buitenaards leven

Academische wetenschappers volgen dit ontluikende veld ook. Arjen van der Wel, professor sterrenkunde aan de Universiteit van Gent, staat positief tegenover het nieuwe onderzoeksproject van NASA. Hier gaan een reeks wetenschappers tot nu toe onverklaarde ufo-meldingen doorspitten. ‘Het wordt gedragen door topwetenschappers’, stelt hij. ‘Ik denk dat zij de meeste voorvallen wel kunnen verklaren. Maar wellicht vinden ze ook gebeurtenissen zonder verklaring. Ik denk alleszins dat dit een legitiem onderzoeksgebied is. Het project is trouwens niet zo duur. Ze gaan geen satelliet bouwen of een duur experiment uitvoeren. Ze brengen een kleine groep mensen samen, wat relatief goedkoop is. Het is zeker een efficiënte investering. Als we iets nieuws vinden, dan zal dat erg interessant zijn. En zelfs als we alle meldingen kunnen verklaren, dan zal dat een belangrijke conclusie zijn die onzekerheid wegneemt.’

Van der Wel staat weliswaar sceptisch tegenover al te wilde verklaringen voor ufo-meldingen. ‘De meeste dingen die je niet begrijpt, hebben waarschijnlijk een doodnormale verklaring’, stelt hij. ‘Als je wat rondkijkt, dan zal je elke dag honderden dingen zien waarvoor je niet direct een oorzaak vindt, maar waarvan de verklaring weinig spectaculair is.’

Dat betekent natuurlijk niet dat sterrenkundigen het idee van buitenaards leven afwijzen. ‘Er zijn miljarden sterren in de melkweg’, stelt Van der Wel. ‘De voorbije decennia ontdekten we daarbovenop dat heel wat van die sterren ook planeten bezitten, net zoals de zon. Dat is een belangrijke revolutie geweest in de sterrenkunde. Er zijn waarschijnlijk miljarden planeten zoals de aarde, en een fractie daarvan bezitten een omgeving die leven kan ondersteunen. Gezien die enorme aantallen is het niet uit te sluiten dat er leven bestaat buiten ons zonnestelsel.’

Maar dat betekent niet dat ufo-meldingen ook automatisch toegeschreven kunnen worden aan buitenaards leven. ‘De kans is groot dat er ergens in het heelal intelligent leven is ontstaan’, stelt Van der Wel. ‘Maar het lijkt me onwaarschijnlijk dat dit leven ons al decennialang stiekem bezoekt. Dan zijn we antropomorf bezig. We plaatsen ons in de schoenen van buitenaardse wezens die in realiteit waarschijnlijk compleet anders zijn dan wij. Het lijkt me veel waarschijnlijker dat ze ofwel hun aanwezigheid duidelijk zullen aankondigen, zodat er geen twijfel bestaat. Ofwel dat we subtiele signalen opvangen die duiden op buitenaardse intelligentie. Maar ik denk niet dat er op onze planeet iets gaande is dat met buitenaardse wezens te maken heeft.’

Dit videobeeld, waarop een niet-geïdentificeerd vliegend object te zien is, werd in 2017 vrijgegeven door het Pentagon. In de video is te zien en te horen hoe twee piloten van de Amerikaanse marine een mysterieus vliegend object op de radar krijgen.

Geheimhouding

De studie van ufo’s trekt zelfs theologen aan. Zo schreef Taede Smedes een boek over het onderwerp. ‘Mijn interesse voor ufo’s gaat terug naar mijn kindertijd’, stelt hij. ‘Toen ik 15 was, in 1988, zag ik een ufo. Ik was toen erg gebiologeerd door astronomie en de sterrenhemel. Op een zondagavond stond ik in de tuin naar de hemel te kijken, en op een gegeven moment zag ik twee lichten opduiken. Ik wist hoe alles er in de lucht uitzag, van vogels tot vliegtuigen, maar die twee lichten kon ik niet verklaren. Op een gegeven moment bevonden ze zich direct boven me. Ik scheen toen met mijn zaklamp naar boven. Plots stonden ze stil, om dan heel raar rond elkaar te beginnen draaien. Ik liep toen naar binnen om mijn vader te gaan halen. Toen hij buitenkwam vlogen de lichten aan een razende snelheid weg.’

Smedes staat eveneens positief tegenover de recente opening van het ufo-onderzoek. Maar tegelijk is hij ook bezorgd. Sinds de jaren 1960 werden ufo’s vooral in het geheim bestudeerd door het Amerikaanse leger. Die geheimhouding viel de laatste jaren wat weg, maar die openheid is niet gegarandeerd. ‘Het Pentagon begint nu terug te krabbelen’, stelt Smedes. ‘Ze beginnen steeds meer documenten opnieuw geheim te verklaren. Waarom weet niemand echt goed. Er is natuurlijk een beweging in de tegenovergestelde richting aan de gang. De Amerikaanse senaat eist bijvoorbeeld meer openheid. De bal rolt nu, maar we weten niet in welke richting.’

Een terugkeer naar geheimhouding zou alvast spijtig zijn volgens Smedes. ‘We kunnen hier nieuwe kennis mee opdoen’, stelt hij. ‘Er bestaan heel weinig openbare data. We hebben vooral anekdotische verhalen van mensen die ufo’s zagen. We hebben ook wat filmpjes die overheden naar buiten brachten, waar niet gek veel op te zien is. Maar er bestaan al wel decennia meldingen die we maar moeilijk kunnen verklaren. Ik weet niet of deze meldingen te maken hebben met buitenaards leven, of dat het gewoon om een ander fenomeen gaat. Wat het ook is, we hebben hier een kans om aan nieuwe wetenschap te doen, zoals een van de NASA-onderzoekers al zei. Dat is spannend om te volgen.’

De toekomst van ufo’s blijft echter onzeker. ‘Het kan volgens mij twee kanten op’, besluit Smedes. ‘Er is nu een momentum waar het publiek geïnteresseerd is in het ufo-fenomeen, en waarbij er meer openheid komt. Zo kan er meer data naar buiten komen, en kunnen er bijvoorbeeld getuigenissen opduiken van ambtenaren die nu een geheimhoudingsplicht hebben. Maar er is ook een reëel gevaar dat we teruggaan naar een situatie van stilzwijgen. Hopelijk volgen we in de toekomst dat eerste scenario.’

Hoe verklaart de wetenschap ufo-waarnemingen?

Lees hier het antwoord