Urinetest spoort uitzaaiingen op

Uitzaaiingen in de lever scheiden specifieke eiwitten uit in de urine. Een eenvoudige urinetest kan die uitzaaiingen in de nabije toekomst opsporen. Met dezelfde zekerheid als een CT-scan.

Na de operatieve verwijdering van een tumor in de darmen loopt een patiënt 30 tot 40 procent risico om uitzaaiingen te ontwikkelen in de lever. Om vast te stellen of er uitzaaiingen zijn,  moet een patiënt regelmatig op nacontrole naar het ziekenhuis. Hij krijgt er een CT-scan, een echografisch onderzoek en een bloedprik. 

Dr. Nick van Huizen van het Erasmus MC in Rotterdam ontdekte dat het ook anders kan. Hij vergeleek de urine van gezonde mensen met die van darmkankerpatiënten met uitzaaiingen in de lever. Hij stelde vast dat deze laatste een verhoogde hoeveelheid peptiden in hun urine hebben. Die peptiden zijn stukjes collageen-eiwitten die zich tussen de cellen bevinden en structuur geven aan onze botten en huid. 

Collageeneiwitten geven ook structuur aan tumoren. Maar omdat de groeiende tumor de productie en afbraak van de collageen-eiwitten verstoort, worden meer collageen-peptiden via het bloed naar de nieren afgevoerd en in de urine uitgescheiden. Die kunnen met een eenvoudige urinetest worden opgespoord. 

Worden Van Huizens bevindingen bevestigd door vervolgonderzoek, dan kan een patiënt voor de nacontroles in de nabije toekomst ook gewoon naar de huisarts. Die verzamelt dan wat bloed en urine en stuurt die naar het Erasmus MC waar laboranten de monsters onderzoeken en bepalen of er afwijkingen zijn die wijzen op uitzaaiingen in de lever. 

Is alles oké, dan hoeft de patiënt niet naar het ziekenhuis te komen. Dat moet pas als uit de urinetest blijkt dat er sprake is van een verhoging van de collageen-peptiden. Dan wordt alsnog een ct-scan gemaakt om de plaats van de uitzaaiing te bepalen.

Volgens Van Huizen biedt de urinetest ongeveer 90 procent zekerheid, dat is hetzelfde als een ct-scan. Hij hoopt dat de urinetest binnen vijf jaar bij de huisarts ligt. In de tussentijd moet de test nog worden gevalideerd bij een grotere groep patiënten met uitzaaiingen van verschillende afmetingen in de lever.