Een giftig kleurtje

26 januari 2012 door Eos-redactie

Vogels kunnen op basis van de kikkerkleur heel precies voorspellen hoe giftig een kikker is.

Roofdieren zoals vogels kunnen op basis van de kikkerkleur heel precies voorspellen hoe giftig een kikker is. Welke kikker met andere woorden een gokje waard is, en welke kikker ze beter niet naar binnen spelen.

Biologe Martine Maan van de Rijksuniversiteit Groningen en Molly Cummings van de University of Texas, USA, bestudeerden een gifkikker uit Panama: de Dendrobates (Oophaga) pumilio. Opmerkelijk zijn de veel verschillende verschijningsvormen van de kikker. In sommige gebieden zijn de kikkers geel met zwarte stippen, verderop knaloranje, en weer ergens anders zijn ze donkerblauw.

Martine Maan ontdekte dat de kleurvariatie van kikker gepaard gaat met enorme verschillen in giftigheid. Van de tien onderzochte kleurvarianten zijn sommige maar liefst 40 keer giftiger dan andere. De kikkers die – in de ogen van vogels - het meest opvallend gekleurd zijn, blijken ook het meest giftig. Vogels kunnen dus aan een kikker zien hoe giftig deze is.

Belangrijk is voor welke roofdierogen het kleursignaal van de kikkers bedoeld is. Verschillende diersoorten hebben andere soorten ogen en nemen dezelfde dingen daardoor op een andere manier waar. Voor bijvoorbeeld krabben en slangen hebben de kikkerkleuren een veel minder voorspellende waarde, blijkt uit het onderzoek.

Waar de verschillen in giftigheid precies vandaan komen, is nog onbekend. Om giftig te worden, eten de kikkers giftige mijten, mieren en andere ongewervelden. Misschien zijn deze prooidiertjes niet overal even talrijk en zijn de kikkers daarom niet overal even giftig. (kv)