Wat als we de veestapel zouden afbouwen?

Als de Vlaamse veestapel met dertig procent zou krimpen, komt er ruim 250.000 hectare land vrij en daalt de uitstoot van methaan en ammoniak drastisch.

'We kunnen niet om een inkrimping van de veestapel heen, vindt de Leuvense emeritus hoogleraar Wannes Keulemans. Zowel omwille van de impact op milieu en klimaat als omwille van het ruimtebeslag.’ Daarom rekende de landbouwexpert voor de Leuvense denktank Metaforum enkele scenarios door waarbij de Vlaamse veestapel wordt afgebouwd.

Vlaanderen telt ongeveer 1,3 miljoen runderen, 5,8 miljoen varkens en 34 miljoen kippen. De totale oppervlakte landbouwgrond bedraagt ongeveer 600.000 hectare – wat overeenkomt met de gecombineerde oppervlakte van Oost- en West-Vlaanderen. De veehouderij is goed voor ongeveer twee derden daarvan (410.000 hectare). Het gaat voornamelijk om weidegrond en akkers voor de teelt van voedermais en ander veevoer zoals graan en voederbieten.

'Meer bos en natuur slaat niet alleen koolstof op, maar komt ook ons welzijn ten goede én vermindert de overbemestingsproblematiek' Wannes Keulemans, emeritus hoogleraar aan de KU Leuven

Op basis van importcijfers voor soja en andere ingrediënten van veevoer berekende Keulemans dat de Vlaamse veehouderij daarnaast zon 440.000 hectare in het buitenland in beslag neemt. Dat brengt het totale ruimtebeslag van de Vlaamse veehouderij op 850.000 hectare.

Bij een reductie van de veestapel met dertig procent, komt volgens Keulemans 255.000 hectare land vrij. 132.000 hectare elders – doordat minder soja wordt geïmporteerd – en 123.000 hectare hier. De vrijgekomen Vlaamse grond zou volgens Keulemans kunnen worden bebost en omgezet in natuurgebied en extensief of biologisch landbouwgebied als buffer rond natuurgebied. Meer bos en natuur is niet alleen een belangrijke maatregel om koolstof op te slaan, maar zou in onze dichtbevolkte regio ook ons welzijn ten goede komen én de overbemestingsproblematiek verminderen, aldus Keulemans. 

De Vlaamse landbouw is goed voor ongeveer negen procent van onze totale broeikasgasuitstoot. De uitstoot als gevolg van mestopslag en bemesting (vooral lachgas en methaan) en het methaan dat vrijkomt bij de vertering van herkauwers, zijn samen goed voor iets meer dan de helft daarvan. Daarnaast is de veeteelt de belangrijkste bron van ammoniak. Dat leidt tot de vorming van fijnstof en tast de biodiversiteit aan wanneer het neerslaat in natuurgebieden. Een afbouw van de veestapel met dertig procent zou volgens Keulemans zowel de uitstoot van methaan als ammoniak evenredig doen dalen. 

Geen export meer

Omdat de import van soja ter discussie staat, nam Keulemans ook een scenario onder de loep waarbij soja wordt vervangen door eiwitbronnen die in eigen land kunnen worden geteeld, zoals erwten, bonen of luzerne. In dat geval zou zelfs bij een reductie van de veestapel met dertig procent, het ruimtegebruik met bijna de helft toenemen en ongeveer de hele Vlaamse landbouwoppervlakte innemen. Dat komt doordat soja een veel efficiëntere eiwitbron is dan de alternatieven.

De Leuvense landbouwexpert rekende ook een aantal meer verregaande scenarios door. Wat zou er bijvoorbeeld gebeuren wanneer we enkel nog vlees voor eigen consumptie zouden produceren? Nu produceren we afhankelijk van de diersoort anderhalf tot ruim twee keer meer dan we zelf consumeren. Keulemans benadrukt dat de Vlaamse veeteelt, als je kijkt naar de milieu-impact per kilogram product, tot de efficiëntste ter wereld behoort. Je kunt je dus afvragen of we hier moeten afbouwen wat ze elders minder efficiënt doen, zegt Keulemans. Anderzijds bevinden we ons in een dichtbevolkte regio met weinig bos en natuur en relatief veel landbouw.

Wanneer we enkel nog dieren voor eigen consumptie zouden houden én die zonder geïmporteerde soja zouden willen voeden, zou bijna 230.000 hectare land vrijkomen. Zij het enkel in het buitenland, want in eigen land zou net meer grond nodig zijn om de soja te vervangen. Slagen we er bovendien in om onze vleesconsumptie te halveren, dan komt bijna de helft van het voor veeteelt gebruikte land vrij, ruim 450.000 hectare.

Bij een volledige omschakeling naar biologische veehouderij is er voor de huidige veestapel ongeveer vijftig procent meer land nodig en stijgt de uitstoot van broeikasgassen lichtjes. In de biologische landbouw ligt de productie-intensiteit lager, verduidelijkt Keulemans. Dat heeft tot dat gevolg dat de emissies en het grondgebruik per eenheid product hoger liggen.

Jobs

Ook in Nederland wordt gediscussieerd over een afbouw van de veestapel. De politieke partij D66 wil een halvering van de veestapel. De Commissie Remkes adviseerde recent om grote vervuilers rond natuurgebieden uit te kopen maar pleit niet voor een algemene afbouw. 

De veestapel met 30 procent laten krimpen is volgens Keulemans enigszins arbitrair, maar realistisch, als je weet dat veel oudere boeren moeilijk opvolgers vinden en er een natuurlijke afvloeiing zal zijn. De bedoeling van deze oefening is vooral om na te gaan wat de impact van verschillende scenarios is op landgebruik, milieu en klimaat.

Afbouw van de veestapel zal inderdaad de milieu-impact verminderen, reageert Vansessa Saenen, woordvoerder van de Boerenbond. Net zoals afbouw van het autogebruik of de industrie. Voor ons is een reductie van de uitstoot de kern van de zaak en dat mag niet verengd worden tot louter een reductie van het aantal dieren.  We focussen ons beter op manieren om via techniek, innovatie en verder onderzoek de uitstoot te verminderen.

Een afname van de veestapel met dertig procent zou overeenkomen met een verlies van ruwweg 4500 voltijdse jobs.Dat kan natuurlijk niet van vandaag op morgen', zegt Keulemans. 'Er is nood aan flankerende maatregelen en een doordacht plan dat onder meer rekening houdt met tewerkstelling en de focus verlegt naar producten met veel toegevoegde waarde.

'Als we tegen 2050 de broeikasgasuitstoot met 80 procent moeten reduceren, zal ook de landbouw een bijdrage moeten leveren' Wannes Keulemans, emeritus hoogleraar aan de KU Leuven

Keulemans beseft dat het geen populair verhaal is. Het is toch iets waar we moeten over nadenken. Ik zie niet in hoe de doelstellingen uit het regeerakkoord – minder druk op milieu, klimaat en biodiversiteit en een leefbaar platteland – kunnen worden gehaald zonder aan de veestapel te raken. Als we tegen 2050 de broeikasgasuitstoot met 80 procent moeten reduceren, zal ook de landbouw een bijdrage moeten leveren. Technologische ingrepen kunnen zeker een bijdrage leveren, maar hebben hun grenzen. Het laaghangend fruit is inmiddels al geplukt. Nu is het tijd voor echte maatregelen, en de sector die binnen de landbouw veruit het meest impact heeft, kan niet buiten schot blijven.

Wat als we de veestapel zouden afbouwen? De gevolgen van de verschillende scenario's op een rij: 


Gerelateerde artikels

Gezuiverd afvalwater voor irrigatie: beter voorkomen dan genezen
Eos Blogs

Gezuiverd afvalwater voor irrigatie: beter voorkomen dan genezen

Vlaamse telers kampen steeds vaker met lange droge periodes, hoewel je dat de laatste maanden bijna zou vergeten. Boeren gingen een paar jaar geleden zelfs met de tankwagen op zoek naar water bij afvalwaterzuiveringsstations, omdat ze geen rivierwater of grondwater meer konden of mochten gebruiken voor hun velden. Maar is het wel een goed idee om gezuiverd afvalwater te gebruiken voor irrigatie?

Klimaatverandering is een feit! Evolutie schiet te hulp

Klimaatverandering is een feit! Evolutie schiet te hulp

De aanpassing van het leven op aarde aan veranderende omgevingen is mogelijk  door natuurlijke selectie op basis van individuele verschillen. Deze (genetische) diversiteit binnen soorten staat echter onder druk. Het blijkt dat we als mensen onze strategieën moeten aanpassen om deze verschillen te monitoren, en zo onze biologische hulpbronnen optimaal te beheren.  Als we willen blijven profiteren van de diensten van de natuur, kunnen we maar beter deze grondstoffen van natuurlijke evolutie in de gaten houden zodat soorten zich kunnen blijven aanpassen aan veranderingen in hun omgeving.