Artificiële zoetstoffen leiden ons brein niet om de tuin

Om zogenaamde sugar cravings te onderdrukken is veel wilskracht nodig. De oorzaak daarvan ligt deels bij de darmen, die via signalen naar de hersenen vragen om nog méér suiker.

“Eén klein paaseitje maar” zei je, maar daar blijft het zelden bij. Voor je het weet liggen er twee, drie, vier verfrommelde gekleurde zilverpapiertjes op tafel. Om zogenaamde sugar cravings te onderdrukken is veel wilskracht nodig en daar zit een biologische verklaring achter, vonden onderzoekers van het Hughes Medical institute. 

De onderzoekers van het artikel, gepubliceerd in Nature, zagen dat muizen initieel geen voorkeur vertoonden voor water gezoet met suiker of met een artificiële zoetstof, ze dronken van beiden evenveel.  Ze gebruikten daarvoor de zoetstof Acesulfame K, die onder andere ook in light frisdrank gebruikt wordt. Na twee dagen verkozen de muizen toch het water dat suiker bevatte. Het ging hen dus om meer dan enkel de smaak.

We detecteren suiker eerst als iets zoets met onze smaakpapillen op de tong. Nu blijkt dat ook onze darmen gewaarworden van suiker, waarna ze rechtsreeks een signaal doorgeven aan het brein via de brein-darm-as, naar de nucleus tractus solitarius (cNST) in de hersenstam. Daarnaast is deze signaalcascade ook nog eens heel kieskeurig, enkel glucose en sommige afleidingen daarvan veroorzaken een respons. Artificiële zoetstoffen hebben dat effect niet en ook fructose dat terug te vinden is in fruit, wordt niet gedetecteerd. Zo kan het gedrag heel gericht veranderen en kunnen we een sterke voorkeur ontwikkelen voor suiker en niet voor andere stoffen met een zoete smaak.

Hoewel de studie op muizen gebeurde, is het volgens Hanno Pijl, endocrinoloog en hoogleraar diabetologie aan het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC), zeer aannemelijk dat hetzelfde mechanisme bij mensen aanwezig is. “Hoe we dat bij mensen gaan testen, is nog maar de vraag natuurlijk.”

“Het lijkt me heel plausibel dat verschillen tussen individuen in het aantal receptoren in de darmwand of de hersenkernen waarmee ze verbonden zijn een belangrijke rol spelen in de mate waarin we suiker kunnen weerstaan.” 

Glucose is van levensbelang

Dat suikerinname ons gedrag beïnvloedt was al langer bekend, maar wetenschappers dachten dat dit te maken had met de hoeveelheid calorieën of de energie-inhoud van suiker. Deze studie bewijst het tegendeel. Caloriearme moleculen, die heel erg lijken op glucose, hadden hetzelfde effect.   

“Glucose is dé energiebron voor levende wezens. Het is waarschijnlijk een groot evolutionair voordeel geweest dat we die molecule specifiek kunnen detecteren en ons gedrag er rechtstreeks aan kunnen aanpassen”, zeggen Hwei Ee Tan en Alexander Sisti onderzoekers van het team.

De toekomst van frisdrank

Schakelen we nu allemaal best over naar cola light? “Dat heeft geen zin zolang we naast light dranken ook nog dranken met suiker drinken. Dan zullen we volgens dit blootgelegde mechanisme een grotere behoefte ontwikkelen voor de dranken met echte suiker.” Legt Pijl uit. “De onderzoekers  stellen voor dat we in de toekomst zoetstoffen kunnen gebruiken waar geen calorieën inzitten, maar die door hun gelijkaardige vorm als glucose wel de neiging met zich meebrengen om er meer van te willen. Dat vind ik een dubieuze redenering, want frisdranken zijn natuurlijk nooit goed of je er nu suiker instopt of andere zoetstoffen. Frisdranken zitten vol met allerlei dingen die we niet nodig hebben. Het lijkt me niet verstandig om zoetstoffen te ontwikkelen die een soort van afhankelijkheid met zich meebrengen.”