Gekantelde ringwereld

James Webb biedt een bijzondere blik op de planeet Uranus en haar ringenstelsel. 

De verre planeet Uranus heeft nog geen drie rondjes rond de zon gedraaid sinds ze op 13 maart 1781 werd ontdekt door de Engelse astronoom William Herschel. Op een gemiddelde afstand van bijna 2,9 miljard kilometer van de zon doet de verre planeet er 84 jaar over om één omloop te voltooien. Uranus is ook nog maar één keer van dichtbij bestudeerd: in januari 1986, door de Amerikaanse ruimtesonde Voyager 2.

Deze bijzondere foto van de James Webb Space Telescope toont de planeet met een aantal van haar 27 manen (de heldere blauwe ‘sterren’) en haar stelsel van stoffige ringen. Aan de oriëntatie van het ringenstelsel (dat zich in het evenaarvlak van de planeet bevindt) is goed te zien dat Uranus op haar kant ligt: we kijken min of meer op de noordpool. Het zuidelijk halfrond, waar Voyager 2 ruim 37 jaar geleden goed zicht op had, is momenteel van de zon af gericht.

Uranus met ringenstelsel © NASA/ESA/CSA/STScI/J. DePasquale

Dat de ringen op de Webb-foto zo helder zijn, komt doordat de ruimtetelescoop foto’s maakt op infrarode golflengten. Het ringenstelsel van Uranus, dat in 1977 werd ontdekt, bestaat uit kleine, donkere stofdeeltjes die vrijwel geen zonlicht weerkaatsen. Met een gewone telescoop zijn de Uranusringen dan ook bijna niet zichtbaar. Ze zenden echter wel een klein beetje warmtestraling uit, waardoor ze op deze infraroodfoto juist extra opvallen.

De foto toont ook details in de methaanrijke dampkring van Uranus. We zien een helder gebied rond de noordpool, waarvan planeetonderzoekers nog steeds niet goed begrijpen hoe het precies ontstaat, en twee opvallend heldere wolken: een aan de rand van de ‘poolkap’ en een aan de linkerrand van de planeet. 

Ook die structuren zijn op infrarode golflengten veel opvallender dan in zichtbaar licht. Voyager 2 zag Uranus als een volslagen egale zeegroene wereld, zonder enige details.
Wat de overzichtsfoto extra indrukwekkend maakt, zijn de vele verre sterrenstelsels die op de achtergrond zichtbaar zijn. De meeste daarvan staan op enkele miljarden lichtjaren afstand van de aarde. Daarbij vergeleken bevindt Uranus zich echt in onze kosmische achtertuin.