Hoe stress kanker helpt uitzaaien

Wetenschappers ontdekten hoe chronische stress tumoren kan helpen om zich naar de rest van het lichaam te verspreiden.

De meeste mensen die te horen krijgen dat ze kanker hebben, krijgen af te rekenen met stress. Maar stress bevordert het uitzaaien van de tumor. Geen goede combinatie, al bleef het lange tijd een mysterie waarom.

Onderzoekers wilden er het fijne van weten. Om uit te zoeken hoe stress op ons lichaam inwerkt, bestudeerden ze muizen met borstkanker waarvan de tumoren zich naar hun longen hadden uitgezaaid. Nadat ze de tumoren hadden verwijderd, stelden ze de muizen bloot aan stress.

Wat ze zagen was angstaanjagend. Stress liet het aantal uitzaaiingen verviervoudigen. Het team ontdekte dat glucocorticoïden, een soort van stresshormonen, inwerkten op neutrofielen, een soort witte bloedcellen die ons normaal gezien kunnen verdedigen tegen binnendringende micro-organismen. De gestresseerde neutrofielen vormden kleverige spinnenwebachtige structuren – NET’s of neutrofiele extracellulaire vallen – die de lichaamsweefsels vatbaarder maakten voor uitzaaiingen.

Stressvermindering

Om te bevestigen dat het inderdaad stress was dat de NET-vorming en meer uitzaaiingen uitlokte, voerden ze drie tests uit. Eerst verwijderden ze de neutrofielen uit de muizen met behulp van antilichamen. Vervolgens injecteerden ze de dieren met een NET-vernietigend medicijn. En tot slot gebruikten ze muizen waarvan de neutrofielen niet reageerden op glucocorticoïden. Elke test leverde vergelijkbare resultaten op: de gestreste muizen ontwikkelden niet langer nieuwe uitzaaiingen.

Het team ontdekte verder nog dat chronische stress zelfs bij muizen zonder kanker NET-vorming veroorzaakte en hun longweefsel leek voor te bereiden op het krijgen van kanker in de toekomst.

Voor de onderzoekers is de implicatie van hun bevindingen duidelijk: het verminderen van stress zou een onderdeel moeten zijn van de behandeling en preventie van kanker. Ze pleiten er ook voor dat toekomstige medicijnen die de vorming van NET kunnen voorkomen, ook worden ingezet bij patiënten waarvan de kanker nog niet is uitgezaaid, om zo de verspreiding van kanker tegen te houden voor die begint.

Bron: Cold Spring Harbor Laboratory, New York, Verenigde Staten