Dit zijn de beste wetenschapsboeken van 2022 volgens de Eos-redactie

De Eos-redactie selecteert de boeiendste en mooiste wetenschapsboeken van het voorbije jaar. Voor onder de kerstboom, of gewoon voor jezelf.

It’s all about the clit - Lotte Sierens

Het ideale geschenk voor je partner als je als vrouw iets meer toewijding verwacht in bed.

Hoe oud was jij toen je ontdekte hoe een penis eruitziet? En wanneer kwam je erachter dat de clitoris veel meer is dan een klein erwtje? Wedden dat beide data mijlenver uit elkaar liggen? Dat heteroseksuele vrouwen veel minder klaarkomen dan de mannen waarmee ze seks hebben – 65 procent tegenover 95 procent – is daar niet vreemd aan. 

Om die gigantische orgasmekloof te dichten – die voor alle duidelijkheid geen enkele biologische grondslag heeft – schreef seksuologe Lotte Sierens dit boek. Ze beschrijft hoe doorheen de geschiedenis de huidige anatomische kennis vorm kreeg, maar ook hoe die kennis telkens weer werd weggewuifd. Gelukkig waren er ook onderzoekers zoals Australisch uroloog Helen O’Connell die in 1998 door middel van kadaveronderzoek en MRI-beelden de clitoris ‘herontdekte’ en vaststelde dat de volledige clitoris qua grootte niet hoeft onder te doen voor de penis.

Sierens maakt komaf met een aantal hardnekkige mythes: vrouwen beleven zelden genot aan vaginale penetratie alleen en het idee dat pijn bij seks normaal zou zijn, vindt ze de grootste en meest schadelijke leugen die vrouwen ooit verteld werd.

Het boek is doorspekt met opdrachtjes en handige tips voor een optimale seksuele beleving die je alleen of samen met een partner kunt uitproberen. Het helpt koppels praten over seks, wat noodzakelijk is om allerhande misverstanden te voorkomen.

Els Verweire - Redacteur gezondheid en geneeskunde

It’s all about the clit, Lotte Sierens, Borgerhoff & Lamberigts

 

 

 

 

 

De wesp - Seirian Sumner

Een geschenk voor de vriend(in) die een gesprek op een zonnig terras onmogelijk maakt door hysterisch te worden wanneer een wesp gezellig mee komt doen.

Als je één insect zou moeten uitroeien, welk zou je dan kiezen? De wesp? Grote kans. Wespen hebben hun imago niet mee. Ze zijn gemeen, irritant en nutteloos, toch? Wespen worden nochtans sympathieker en waardevoller naarmate je ze beter leert kennen. Entomologe Seirian Sumner, die al meer dan vijfentwintig jaar wespen bestudeert, beschrijft in haar boek waarom we allemaal van wespen zouden moeten houden. Wespen zijn nieuwsgierig, sociaal en intelligent. En ze zijn onmisbaar als insectenverdelgers en bestuivers. Halverwege het eerste hoofdstuk keek ik al helemaal anders naar de wesp, en nog een paar pagina’s verder kreeg ik al spijt dat ik afgelopen zomer een wespenval in de tuin ophing. De wesp zal nooit mijn favoriete beest zijn, maar dit boek vol verbazingwekkende inzichten veranderde mijn mening over de wesp wel stevig in positieve zin. Nu nog een even indrukwekkend boek over muggen en er bestaan voor mij geen irritante insecten meer.

Kim Verhaeghe - Redacteur natuur

De wesp, de geheimen van een onmisbaar insect, Seirian Sumner, Nieuw Amsterdam

 

 

 

 

 

Zo zit de wereld in elkaar - Vaclav Smil

Voor de believers op het familiefeest. Of voor de non-believers. Of misschien voor jezelf, zodat jij je argumenten kan staven met wetenschap.

De wetenschapper die er al zijn hele leven prat op gaat géén specialist te zijn focust in dit boek op onze afhankelijkheid van fossiele brandstoffen. Op basis van gedegen onderzoek legt hij uit welke levensnoodzakelijke processen er allemaal afhangen van aardolie, hoe dat zo gekomen is, en vooral waarom. De Canadese analist gaat in op hoe goed de mensheid is in het realistisch inschatten van risico’s, en in het voorspellen van de toekomst van de aarde. Hij berekent aan welk tempo we realistisch gezien van fossiele brandstoffen af kunnen geraken en wat we daarvoor kunnen en moeten doen.

Zoals in al zijn boeken baseert Smil zijn betoog op cijfers, die hij uit rapporten, wetenschappelijke publicaties en oude geschriften haalt, en die hij op dezelfde noemer zet om ze te kunnen vergelijken. Dat resulteert in een literatuurlijst van ettelijke tientallen bladzijden. Bij zijn berekeningen en vergelijkingen geeft hij ook aan hoe groot de foutenmarge is die hij hanteert en hoe belangrijk die is. Een verademing voor elke lezer die zich regelmatig afvraagt: waar halen ze dat nu weer vandaan?

De grootste waarde van dit boek ligt niet eens in de cijfers. Veel belangrijker is het feit dat Smil de processen die de wereld doen draaien in één boek bij elkaar brengt en hun onderlinge afhankelijkheid aantoont – en daarmee ook hun afhankelijkheid van fossiele brandstoffen.

Zo zit de wereld in elkaar is een boek voor mensen die liever met beide voeten op de grond blijven. Die zich niet willen laten verleiden tot een stellingenoorlog over het klimaat, en die hun argumenten liever op meer dan hoop en vrees baseren.

Ilse Boeren - Redacteur milieu en energie

Zo zit de wereld in elkaar. Wat de wetenschap ons leert over het verleden, het heden en de toekomst, Vaclav Smil, Nieuw Amsterdam

 

 

 

 

De vader van de moderne neurowetenschap - Benjamin Ehrlich

Een ideaal cadeau voor échte lezers, die via een boek in een andere wereld opgezogen willen worden, maar tegelijk ook iets willen bijleren.

In 1906 kreeg de Spanjaard Santiago Ramon y Cajal de Nobelprijs voor zijn ontdekking van neuronen. Cajals belang voor de neurowetenschap wordt wel eens vergeleken met dat van Darwin voor de biologie, maar toch zal zijn naam weinigen nog iets zeggen. Hoog tijd voor een biografie, vond Benjamin Ehrlich. En die biografie leest als een roman. Ehrlich verweeft er, op een erg onderhoudende manier, ook geschiedenis en politiek in. Het leven van Cajal wordt in geuren en kleuren opgediend, en, zo geeft Ehrlich zelf toe, het is allemaal niet puur objectief. Maar ach, wij lezen liever een ietwat gefictionaliseerde, literaire biografie dan een saaie opsomming van feiten.

Die feiten zijn er uiteraard ook, en Ehrlichs boek bevat een indrukwekkende lijst van bronnen. Eind 19de eeuw dachten de meeste wetenschapers dat het brein een chaotisch kluwen van vezels was. Maar Cajal zag onder de microscoop individuele cellen, die hij ‘de geheimzinnige vlinders van de ziel’ noemde. Hij identificeerde later de dendrieten – de uitsteeksels waarmee neuronen verbinding maken – en ontwikkelde een theorie over de groei en regeneratie van axonen en over neuroplasticiteit (de hersenen kunnen zichzelf voortdurend herorganiseren).

In het boek zijn ook enkele anatomische tekeningen van Cajals hand opgenomen, net als foto’s van hemzelf. De biografie staat garant voor een aangename leeservaring, al had de tekstredactie wat consciëntieuzer gekund.

Liesbeth Gijsel - Hoofdredacteur Eos Psyche&Brein

De vader van de moderne neurowetenschapBenjamin Ehrlich, Spectrum

 

 

 

 

 

Proefles - Joël Broekaert

Het ideale boek voor die ene zoetekauw die met lange tanden het kerstdiner eet en de hele avond uitkijkt naar het dessert.

Culinair journalist Joël Broekaert wil je, zoals de titel al doet vermoeden, leren proeven. Proeven, dat kan je toch al? Jawel, maar je kunt het nog bewuster doen. Proefles gaat zelfs je ‘leven veranderen’, schrijft Broekaert in de inleiding. Dat is overdreven, tenzij je leeft op een dieet van babyvoeding en donuts. Toch kun je je smaak verder ontwikkelen. En hoe, dat legt Broekaert je met veel enthousiasme uit in dit nieuwe boek. Dat doet hij voornamelijk aan de hand van een aantal proefjes: ontdek of je een superproever bent, sabbel op zetmeel, organiseer een waterproeverij of geef een citroen aan een baby (echt waar!). Die proefjes zijn ideaal om je smaak op een speelse manier verder te ontwikkelen.

Verder geeft hij inzicht in de vijf basissmaken en filosofeert hij uitgebreid over een eventuele zesde smaak. Ook lees je waarom de mens van chili houdt (zonder echt risico te lopen is pijn best fijn), waarom volwassenen zuur en bitter kunnen waarderen en ontdek je het geheim achter fermenteren (al is dit ‘geheim’ door de fermentatiehype van de laatste jaren niet meer zo geheimzinnig…).

Het boek bevat eveneens interessante inzichten voor de beginnende foodie en de chefkok, zoals een uitgebreide omschrijving over de processen in je mond - en brein - die in gang worden gezet als je een hapje van een witlofsalade neemt. Bovendien laten Broekaerts beschrijvingen van gerechten, zoete vruchten en hot sauce je af en toe watertanden. Dat smaakt naar meer!

Judith Stegen - Redacteur voeding

Proefles, alles wat je als nieuwsgierige eter wilt weten over smaak, van aromamolecuul tot umami, Joël Broekaert, Atlas Contact

 

 

 

 

Oerland - Thomas Halliday

Voor liefhebbers van Harari, MacFarlane en iedereen die zich graag laat verwonderen door het verleden.

Vierduizend jaar geleden wandelden er nog mammoeten over de vlakte van Beringië in hedendaags Alaska. Vierduizend jaar: dat is jonger dan sommige bomen die vandaag nog rechtopstaan. In zijn nieuwe boek Oerland brengt Thomas Halliday de tijd van de mammoeten en andere ‘verloren verledens’ dichter dan ooit.

De Britse paleontoloog draait de klok steeds verder terug. Eerst met twintigduizend jaar, naar de laatste ijstijd. Dan met 4 miljoen jaar, waar we middenin een vlucht gierzwaluwen scheren over de Oost-Afrikaanse hoogvlakte. Dit gebied vormt het decor van Australophitecus anamensis, misschien de oudste mensachtige. Voor we het goed en wel beseffen bevinden we ons 550 miljoen jaar in het verleden, toen de Poolster nog niet aan de nachthemel stond en het aardse leven zich vasthechtte aan de zeebodem – op het land roerde zich nog niets.

In accuraat proza, aangelengd met ‘een vleugje dubbelzinnigheid’, slaagt Halliday erin de kloof te overbruggen tussen de wetenschappelijke naam van een lang uitgestorven plant of dier en de werkelijkheid waarin dat organisme leefde. Zodoende laat hij hele landschappen en ecosystemen bovendrijven die diep bezonken liggen in de tijd. Werelden die Halliday vervolgens netjes aan elkaar linkt met duidelijke voorbeelden.

Halliday bedient zich van het verleden om zijn lezer een gelaagder perspectief te bieden op de moderne tijd, en misschien zelfs op de toekomst. En cours de route lukt het hem ook nog eens om die lezer te vermaken.

Peter Vanwijnsberghe, Redacteur robotica en technologie

Oerland. Een reis door de werelden die achter ons liggen, Thomas Halliday, Thomas Rap

 

 

 

 

 

Het tijdperk van onzekerheid - Tobias Hürter

Voor wie ook graag over de kleine kantjes van grote wetenschappers wil lezen.

Vanaf de cover kijken dertien mannen en één vrouw de lezer ernstig aan. Het beeld is een ingekleurde uitsnede van de iconische foto die genomen is op de vijfde Solvay-conferentie in 1927. Albert Einstein zit centraal, met rond hem onder anderen Hendrik Lorentz, Paul Dirac, Erwin Schrödinger en Wolfgang Pauli. De vrouw is Marie Curie, en met haar begint de Duitse wetenschapsauteur Tobias Hürter zijn boek over de ‘gouden en donkere jaren van de fysica’.

In 1903 staat Curie op het toppunt van haar carrière, ze heeft net een doctoraat in de natuurwetenschappen behaald en zou later dat jaar de Nobelprijs ontvangen voor de ontdekking van radioactiviteit. Eigenlijk tricheert Hürter een beetje en begint het verhaal een paar jaar eerder, met de ontdekking van Max Planck dat energie in kleine pakketjes of quanta wordt uitgestraald.

De daaropvolgende decennia voltrok zich een wetenschappelijke revolutie, die eerder in tal van populariserende publicaties uitgebreid uit de doeken is gedaan. Is dit dan een overbodig boek? Welnee. De protagonisten komen uitgebreid aan bod in kleine hoofdstukken die telkens aan een plaats en jaartal gelinkt zijn, wat de leesbaarheid zeer bevordert. De auteur dook in de correspondenties, notities, onderzoekverslagen en dagboeken. Dat levert boeiende persoonlijke portretten op van de collega’s, vrienden, concurrenten en rivalen.

Het boek eindigt met de Britse gevangenschap van Heisenberg in de zomer van 1945, wanneer hij verneemt dat de Amerikanen een uraniumbom boven Japan dropten. Hiroshima is in het boek het eindpunt van een wetenschappelijke rollercoaster die begon met de kloven in de vingertoppen van Marie Curie.

Raf Scheers - Hoofdredacteur Eos Wetenschap

Het tijdperk van onzekerheid. De gouden en de donkere jaren van de fysica 1895-1945, Tobias Hürter, Spectrum

 

 

 

 

Koffiekunde - Bertil Fredholm

Voor de koffieleut die maar niet raakt uitgepraat over het verschil tussen Arabica en Robusta.

‘Drie kopjes koffie per dag verlaagt risico op hart- en vaatziekten’. ‘Waarom opstaan met een kop koffie geen goed idee is.’ Wat is er waar van al die krantenkoppen? Hoe (on)gezond is koffie nu echt? Bertil Fredholm, emeritus-hoogleraar geneesmiddelenleer aan het Zweedse Karolinska-instituut, wijdde er een heel boek aan.

In het eerste deel van Koffiekunde beschrijft hij de boeiende geschiedenis van het drankje. Het zou ontdekt zijn door een Ethiopische geitenhoeder, werd later populair op het Arabische Schiereiland en kwam vanuit daar uiteindelijk terecht in Europese koffiehuizen. Ook de botanische geschiedenis van de koffieplant komt aan bod, aangevuld met een duidelijk overzicht van alle stoffen die koffie bevat.

In het tweede deel gaat Fredholm dieper in op de impact van koffie op ons lichaam, waarbij hij geen effect onbesproken laat: zo komen onder meer de ziekte van Alzheimer, depressie, de longen, zwangerschap, verslaving en het prestatievermogen aan bod. Elk thema is voorzien van uitgebreide achtergrondinformatie en verwijzingen naar vele studies – voor een leek zijn deze passages niet altijd even begrijpelijk. Gelukkig legt Fredholm ook uit wat er vaak misgaat bij de onderzoeken die de kranten halen.

De studies die wel goed zijn uitgevoerd geven volgens Fredholm een vrij geruststellend beeld: de overgrote meerderheid hoeft zich weinig zorgen te maken dat koffie de gezondheid schaadt. Al doen zwangeren en mensen met angsten er goed aan om hun koffie-inname te beperken.

Judith Stegen - Redacteur voeding 

Koffiekunde. Wat de wetenschap ons vertelt over dit geliefde drankje, Bertil Fredholm, Veen Media

 

 

 

 

Kunst van de natuur - Hans Mulder

Een geschenk voor een natuurliefhebber met kale muren.

In 2022 werd ik voor het eerst vader. De kinderkamer inrichten was een makkie, toch wat de muren betrof: we zouden prachtige prenten ophangen die de wonderen van de natuur en het leven laten zien. En net op dat moment viel het boek ‘Kunst van de natuur’ in mijn recensiebus. Auteur Hans Mulder maakte het boek net met dat idee van “natuur aan de muur” in het achterhoofd. De conservator van de Allard Pierson Artis Bibliotheek van de Universiteit van Amsterdam bundelde 21 prachtige natuurhistorische prenten. De prenten werden gedrukt op luxepapier en in groot formaat (245 x 324 cm) en zijn eenvoudig uit het boek te halen om in te lijsten. Mulder voorzag de illustraties ook van korte anekdotische en populairwetenschappelijke teksten over de afgebeelde dier- of plantensoort en de maker van de prent. De paradijsvogel en het vogelbekdier pronken intussen aan de muur van de kinderkamer. Hans Mulder maakte trouwens tegelijk een tweede boek met gelijkaardige insteek: Zoemers en kruipers.

Kim Verhaeghe - Redacteur natuur

Zoemers en kruipers en Kunst van de natuur, 21 natuurhistorische prenten om in te lijsten, Hans Mulder, Uitgeverij Terra Lannoo

 

 

 

Briljante planten - Gert-jan Roebers & Margot Westermann

Voor kinderen die altijd vragen waarom. Of voor (groot)ouders die het woord dino niet meer kunnen horen.

Veel mensen merken planten niet eens op, behalve op een hete zomerdag, wanneer ze in hun schaduw gaan staan. Of in het weekend, wanneer ze gemaaid moeten worden voordat de gasten op het feestje aankomen. En voor een natuurliefhebber is de belangrijkste eigenschap die planten van andere wezens onderscheidt waarschijnlijk deze: ze lopen niet weg.

Maar eigenlijk is het iets anders dat planten doet verschillen van andere levensvormen. Wat? Dat lees je in Briljante planten. Net als hoe ze ontstonden, hoe lang ze al op aarde leven, hoe ze drinken en eten, hoe ze verleiden en bedriegen, hoe ze kleintjes krijgen, hoe ze zich verdedigen tegen aanvallers, en nog veel meer.

Het nieuwe boek van bioloog en auteur Geert-Jan Roebers en illustrator Margot Westermann is geen overzicht van wat er allemaal rondom ons groeit aan groen. Het is dus geen flora, zoals dat officieel heet. Het is een boek over hoe planten leven.

Plantenfysiologie mag dan een ingewikkelde zaak zijn, de auteurs slagen er met veel glans – en kleurige aquarellen – in om die bevattelijk uit te leggen aan kinderen. De illustraties zijn niet alleen mooi en dikwijls grappig. Ze maken ook op een leuke manier duidelijk waartoe planten in staat zijn. En dat is veel.

Voor wie het allemaal graag eens in het echt ziet gebeuren, staan er verwijzingen in het boek naar filmpjes op het internet. Zoek ze vooral op, want ze zullen je waarschijnlijk verrassen. Planten zijn veel beweeglijker dan je misschien denkt.

Ik geloof niet dat iemand na David Attenborough in The Private Life of Plants het levensverhaal van planten nog met zoveel enthousiasme en humor heeft verteld. Briljante planten is een boek voor plantenliefhebbers die hun liefde willen delen met jonge mensen. En het is een ideaal startpunt voor jonge mensen die nieuwsgierig zijn naar wat al dat groen nu eigenlijk in zijn mars heeft.

PS. Geachte bezorgde ouder of grootouder. De auteurs schrijven en tekenen in dit boek vaak over planten alsof het mensen zijn. Zelfs alsof ze ‘zomaar even’ beslissen over hun eigen evolutie. En ze vereenvoudigen de chemische formule van fotosynthese! Waarom ze dat doen, leggen ze uit op de laatste pagina, bij de kleine lettertjes. Wees trouwens gerust, de essentie van het plant-zijn blijft overeind.

Ilse Boeren - Redacteur milieu en energie

Briljante planten. Over knappe knoppen, boze bollen en ander geniaal groen, Gert-jan Roebers & Margot Westermann, Uitgeverij Gottmer

 

 

 

Anders - Frans de Waal

Een ideetje voor die ene oom die de neiging heeft alles af te keuren dat afwijkt van wat hij de norm vindt.

Amerikaans-Nederlands primatoloog en gedragsbioloog Frans de Waal schreef meerdere bestsellers over het gedrag van mensapen en de overeenkomsten tussen menselijke en dierlijke gedragspatronen. In zijn nieuwste boek Anders. Gender door de ogen van een primatoloog vergelijkt hij sekse- en genderverschillen bij mensen, bonobo’s en chimpansees, onze naaste verwanten.

Mensen hebben volgens De Waal dikwijls de neiging om seksueel gedrag en seksuele oriëntatie in hokjes op te delen, etiketten te plakken op genderkenmerken en af te keuren wat afwijkt van de norm. ‘Bij dieren is dat helemaal anders’, vertelt hij. ‘Bij 450 verschillende diersoorten hebben onderzoekers homoseksuele seks gedocumenteerd. Bij geen enkele van die soorten maken dieren zich druk over de vraag of dat wel past in hun samenleving.’

Het is volgens De Waal onze maatschappij die een hekel heeft aan variatie, want de natuur houdt ervan. ‘Ik vind het prachtig om te zien hoe andere primaten elk individu accepteren zoals het is. Ze gedragen zich alleen intolerant als individuen de vrede verstoren, moeilijk doen of overdreven agressief zijn. Dat sommige mensen daarentegen onverdraagzaam zijn tegenover al wie de genderregels niet strikt volgt, ook al zijn die zelden agressief en veroorzaken ze nauwelijks problemen, is pas vreemd gedrag.’

De Waal maakt komaf met een aantal misvattingen. Mensen hebben de neiging om slecht gedrag zoals verkrachting op hun dierlijke kant af te schuiven, maar verkrachting komt zelden voor in het dierenrijk en is dus geen natuurlijk of dierlijk gedrag. De term moederinstinct schiet tekort, want het enige wat bij dieren en mensen qua moedergedrag aangeboren is, is dat vrouwen van nature aangetrokken zijn tot baby’s, de rest moeten ze leren door volwassenen te observeren en te imiteren. En mannetjes zijn wel de grootste geweldenaars en ook de grootste slachtoffers van geweld, maar geweld komt evengoed voor bij vrouwen: iedereen weet dat vrijwel elke moeder in een woeste razernij zal ontbranden als je een vinger uitsteekt naar haar kinderen.

Els Verweire - Redacteur gezondheid en geneeskunde

Anders. Gender door de ogen van een primatoloog, Frans de Waal, Atlas Contact