Zo verkleinen we de ecologische voetafdruk van ons eten

Een grootschalige reviewstudie evalueerde de impact van voedselproductie op de planeet. Vlees en zuivel hebben verreweg de grootste impact, maar die varieert enorm bij gelijksoortige producten.

(Bron: Poore and Nemecek, Science)

Meer dan 570 miljoen boerderijen produceren voedsel voor de 7,6 miljard mensen die vandaag op aarde rondlopen. Dat gebeurt in bijna alle type klimaten en bodems. De boerderijen dragen bij aan de afbraak van ecosystemen op het land en in de oceanen, putten waterbronnen uit en veroorzaken klimaatverandering.

De variatie tussen onze voedselvoorzieners is echter groot. De gemiddelde oppervlakte van een boerderij in Bangladesh is 0,5 hectare, in Australië is dat 3.000 hectaren. En hoewel slechts vier gewassen in meer dan de helft van de calorieën wereldwijd voorzien, werden er al meer dan 2 miljoen verschillende gewaszaden geteld.

Om conclusies te trekken over wat/wie welke impact veroorzaakt, verzamelden wetenschappers data uit 570 lca’s (levenscyclusanalyses). In totaal analyseerden ze voor hun onderzoek 38.700 boerderijen in 123 landen, veertig producten die goed zijn voor 90 procent van de menselijke voeding, 1.600 verwerkers, verschillende verpakkingssoorten en uiteenlopende retailers. Zo berekenden ze van die veertig producten de volledige impact van de hele productieketen op het klimaat, watergebruik en lucht- en watervervuiling.

Hun twee belangrijkste bevindingen:

  1. De impact van eenzelfde product varieert enorm

Een product kan een vijftig keer grotere impact hebben dan een gelijksoortig product dat is geteeld of gekweekt in een andere boerderij. Dit geeft grote mogelijkheden om de manier waarop een product wordt geproduceerd aan te pakken, zodat de impact ervan daalt.

De productie van 100 gram eiwit uit runderen die op ontbost grond grazen, stoot bijvoorbeeld 105 kilogram CO2 uit en neemt 370 vierkante meter land in. Dat is maar liefst 12 en 50 keer meer dan koeien die grazen op een natuurlijk weiland met rijke bodem.

  1. De impact van een dierlijk product met de laagste voetafdruk is nog altijd groter dan die van een plantaardige substituut

Meer bewijs dus dat verandering van ons dieet naar meer plantaardige voeding een grote invloed heeft op de impact van onze voeding op het milieu. Het meest milieuvriendelijke stukje rund heeft nog altijd een zes keer grotere broeikasgasuitstoot dan erwten en heeft ook 36 keer meer grond nodig.

De ecologische voetafdruk van vee is groot: veedieren voorzien voor 13 procent in onze caloriebehoefte en 37 procent van onze eiwitbehoefte, maar gebruiken 83 procent van de landbouwgrond.

Hoe kunnen we onze voedselvoetafdruk verkleinen?

Technologie kan de grootste verbetering voor voedselproducenten bewerkstelligen. De onderzoekers schrijven dat producenten hun impact kunnen monitoren met behulp van digitale instrumenten. De data wordt afgezet tegen de gemiddelden. Beleidsmakers zouden targets kunnen stellen en beloningen geven als producenten die targets halen. Die beloningen kunnen betaald worden met het budget voor landbouwsubsidies. De technologie kan tips geven aan producenten om hun productie efficiënter te maken en/of de impact ervan te verkleinen. Best practices kunnen op een digitaal platform gedeeld worden. Daarnaast zou de impact van het product naar de consument gecommuniceerd kunnen worden.

Als je als consument aan de slag wil, dan maak je het grootste verschil door over te stappen naar meer plantaardige producten. De milieuvriendelijkste liter koemelk is namelijk nog altijd twee keer zo belastend als een liter sojamelk.

De onderzoekers berekenden dat als we ons gemiddelde huidige dieet zouden veranderen naar een plantaardig dieet, we 3,1 miljard minder hectare landbouwgrond nodig hebben – een afname van 76 procent. Onze broeikasgasuitstoot zou met 49 procent afnemen. Verzuring zou met 50 procent afnemen en watervervuiling met 49 procent. Het gebruik van schaars zoet water zou met 19 procent dalen.

Daarnaast werkten de onderzoekers nog een scenario uit voor de consument. Daarbij hoeft niet de hele wereld vegan te worden. Als je de meest schadelijke helft van de vlees- en zuivelproducten zou vervangen door plantaardig voedsel, dan behoud je nog altijd twee derde van de voordelen van een volledige plantaardig dieet. Als consument moet je dan wel weten wat de productimpact is van een product. De impact van de producten kan gecommuniceerd worden door een combinatie van milieulabels op verpakkingen, taksen of subsidies die de milieukost integreren in de kost van het product, en bredere educatie over de ware prijs van voeding.