Too hard to handle? Wat iedere leerkracht moet weten over het omgaan met etnische diversiteit

Doe het maar eens. Voor een klas staan waar meerdere talen worden gesproken, je een paar keer per jaar wordt uitgemaakt voor racist en waar je moet uitleggen waarom er nu eigenlijk een hoofddoekenverbod is op school. Nieuw onderzoek ontwikkelde een tool om leerkrachten te ondersteunen in het omgaan met etnische diversiteit.

Het is 08.30 en de schoolbel is net gegaan. Je trekt een sprintje naar het klaslokaal want middelbare scholieren grijpen elke kans om niet in de les te hoeven zijn. Je stapt het lokaal binnen, groet de leerlingen en zet je tas gehaast op het bureau. Je wilt de les beginnen en ziet dat twee leerlingen achterin de klas Turks met elkaar spreken. Vooraan propt een meisje duidelijk geïrriteerd haar hoofddoek in de boekentas. Nog voor je iets kunt zeggen roept één leerling: ‘Vandaag bespreekt u toch het Israël-Palestina conflict? Dat is belangrijk, want ik heb familie in Gaza’. Je ademt in en ademt uit. Hoe ga je als leerkracht om met etnische diversiteit? 

In Vlaanderen voelt meer dan 8 op de 10 leerkrachten zich onvoldoende voorbereid om les te geven in een etnisch diverse klas. Zolang dit als uitdaging wordt gezien, zal er voor leerlingen met een migratieachtergrond maar weinig veranderen. Hoe ik dat denk te weten? Ik bracht in kaart hoe leerkrachten omgaan met etnische diversiteit in het secundair onderwijs. Tijd om de belangrijkste inzichten op een rij te zetten. 

Kleur in de klas

Laten we beginnen met de cijfers — het blijft tenslotte een onderzoek. Op dit moment heeft 1 op de 4 leerlingen een migratieachtergrond, terwijl de leerkrachtengroep zeer homogeen blijft. Slechts 6,5% van hen heeft roots buiten België en 2,5% buiten Europa. Voeg daaraan toe dat het merendeel vrouw is en tot de middenklasse behoort. Deze kloof tussen de leefwereld van leerlingen en leerkrachten veroorzaakt soms frictie. Aan de ene kant ervaren leerlingen discriminatie van hun leerkracht en aan de andere kant zitten sommige leerkrachten met de handen in het haar omdat ze zich niet klaargestoomd voelen om les te geven in een diverse klas. Hoe ga je dan als leerkracht om met etnische diversiteit? En nog belangrijker, is de aanpak die ze kiezen wel het beste voor de leerling?

Om die vragen te beantwoorden, spendeerde ik enkele maanden achter de schoolbanken van verschillende secundaire scholen. Daar ging ik in gesprek met leerkrachten, leerlingen en directies. Zoals sociologen dat graag doen, keek ik ook naar de bredere context en selecteerde ik scholen op basis van hun diversiteitsbeleid. De manier waarop een school diversiteit benadert, kan grofweg worden onderverdeeld in drie types: omarmen van diversiteit (multiculturalisme), afwijzen (assimilatie) of negeren (kleurenblindheid). Deze 3 samen noemen we het MAC-model. Geen Apple-product, wel stof tot nadenken!

Hoe leerkrachten omgaan met etnische diversiteit

Na enkele weken gespendeerd te hebben in het klaslokaal ontdekte ik iets opvallends. Leerkrachten volgen niet klakkeloos het diversiteitsbeleid van hun school. Ze kiezen hun eigen koers, en die verandert constant. Zo kan een leerkracht het ene moment diversiteit omarmen en het volgende moment dit schijnbaar negeren. Welke aanpak ze kiezen heeft namelijk te maken met diversiteitsthema waar ze mee te maken krijgen.

Leerkrachten benaderen thema’s als meertaligheid en religieuze diversiteit vaak (niet altijd!) vanuit een afwijzende aanpak. Ze vinden het belangrijk dat leerlingen zich aanpassen aan de dominante cultuur. Zie het als een stoofpot waarbij alle unieke smaken worden weggekookt tot alles hetzelfde smaakt. Leerkrachten doen dit met de beste intenties, ervan overtuigd dat bijvoorbeeld 'enkel Nederlands' de weg is naar succes. Ze zien zo soms over het hoofd dat meertaligheid toelaten juist een zeer positieve impact op leerlingen kan hebben.

Het thema etnische discriminatie was ook opvallend aanwezig in de klas. Het bleek net zo’n olifant in de kamer als in de rest van de maatschappij. Leerkrachten worden er zo nu en dan van beschuldigd maar in plaats van de olifant te benoemen kiezen ze vaak voor een struisvogelpolitiek, waarbij ze de beschuldiging direct ontkennen of minimaliseren. Klinkt logisch, want niemand wordt graag beschuldigd van discriminatie, maar het zorgt ervoor dat de klacht van de leerling vaak niet gehoord of serieus genomen wordt. Hierbij speelt de autonomie van de leerkracht een belangrijke rol. Zij bepalen namelijk wie als dader van discriminatie wordt aangesproken (door straf te geven) en wie als slachtoffer wordt gezien (door troost te bieden). 

Soms wringt dat. In interviews met leerlingen stond de perceptie van 'dader' en 'slachtoffer' soms haaks op die van de leerkracht. Zo vertelde een leerling dat ze een keer opkwam voor haar vriendin met een donkere huidskleur nadat die werd uitgemaakt voor ‘aap’. Ze stapte direct naar de leerkracht, maar kreeg de reactie: ‘ga er maar niet op in’. De leerling voelde zich niet gehoord, heeft toen kwaad haar spullen gepakt en is het lokaal uitgelopen. Dat verschil in beleving kan zorgen voor frustratie en een gevoel van onrechtvaardigheid bij leerlingen.

Wanneer het over diversiteit in het curriculum gaat, kiezen leerkrachten meestal voor de omarmende aanpak. Ze zorgen ervoor dat opdrachten en voorbeelden aansluiten bij de belevingswereld van leerlingen en moedigen ze aan om te spreken over hun eigen ervaringen. Deze aanpak is als het toevoegen van een vleugje kruiden aan een gerecht. Is het genoeg? Misschien niet, maar het is een welkome eerste stap.

Wat leerkrachten doen, doet ertoe

Je kunt je afvragen: als leerkrachten zo verschillend omgaan met etnische diversiteit, welke aanpak werkt dan het beste?  Eerder onderzoek laat zien dat een afwijzende (assimilatie) aanpak ervoor zorgt dat leerlingen zich minder thuis voelen op school en meer afwijzing en stereotypes ervaren. Ook de negerende (kleurenblinde) aanpak zorgt voor meer stereotypes, maar er komen ook minder interculturele praktijken op school en leerlingen kunnen discriminatie minder goed herkennen. De multiculturele aanpak, waarbij diversiteit wordt omarmd, blijkt de meest gunstige te zijn. Dit is de aanpak die alle vinken van een checklist heeft: leerlingen voelen zich gezien, stoppen minder vaak met school, ervaren minder discriminatie, de ongelijkheid in schoolprestaties neemt af en ze bouwen sterkere banden op met leerkrachten.

Kortom, leerkrachten gaan verschillend om met etnische diversiteit: omarmend, afwijzend, negerend. Die keuze kan een grote impact hebben op hoe leerlingen zich voelen op school. Om leerkrachten een handje te helpen, ontwikkelde ik met mijn collega’s de tool RE:flex (https://reflextool.be/). Deze gratis online workshop biedt inspiratie, kennis en handige tips. Het doel? Leerkrachten (in opleiding) helpen om nieuwe reflexen te ontwikkelen, zodat elke leerling zich welkom en gewaardeerd voelt en voluit kan stralen in de klas. 

Zijn er leerlingen die Turks praten? Maak duidelijke afspraken over wanneer de thuistaal gesproken mag worden en creëer ademruimte voor leerlingen om zich te uiten in hun thuistaal. Laat ze bijvoorbeeld een boek in de thuistaal lezen en er vervolgens over presenteren in het Nederlands. En over Gaza? Simpelweg erkennen wat leerlingen voelen en naar hen luisteren kan al veel betekenen. Maar dit zijn geen onderwerpen die je tussen de soep en de patatten bespreekt. Bereid je hier goed op voor, of nodig een organisatie met expertise uit om erover te vertellen. Met zulke reflexen op zak kun je het verschil maken voor leerlingen.

MAC-model

Diversiteit omarmen - multiculturalisme

Diversiteit afwijzen - assimilatie

Diversiteit negeren - kleurenblindheid

Marloes Hagenaars dingt mee naar de Vlaamse PhD Cup 2025. Ontdek meer over dit onderzoek op www.phdcup.be.