Ruimtetelescoop Euclid werpt intieme blik op verre heelal

Oogstrelende sterrenstelsels, een kleurrijke gasnevel en een diepe blik op het verre heelal - de Europese ruimtevaartorganisatie ESA heeft nieuwe beelden vrijgegeven van ruimtetelescoop Euclid, die afgelopen zomer is gelanceerd.

Abell 2390, een cluster van sterrenstelsels op een afstand van ongeveer 3 miljard lichtjaar. Op de Euclid-foto zijn meer dan vijftigduizend afzonderlijke sterrenstelsels te zien. Beeld: ESA

Euclid gaat in de komende jaren miljarden sterren en sterrenstelsels in kaart brengen. De gedetailleerde metingen moeten meer inzicht bieden in de ware aard van donkere materie en donkere energie - twee mysterieuze bestanddelen van het heelal.

Donkere materie produceert geen enkele vorm van straling, maar oefent wel zwaartekracht uit op zijn omgeving, en beïnvloedt daarmee de evolutie van het heelal. Donkere energie wordt verantwoordelijk gehouden voor de waargenomen versnelling in de uitdijing van het heelal.

De Euclid-telescoop heeft een spiegeldiameter van 1,2 meter en is uitgerust met twee gevoelige camera’s, een voor zichtbaar licht en een voor infrarode straling. De foto’s hebben bijna dezelfde beeldscherpte als de opnames van de Hubble Space Telescope, maar ze beslaan een enorm veel groter gebied aan de hemel.

M78 is een nevel van gas en stof op 1.350 lichtjaar afstand in het sterrenbeeld Orion waarin nieuwe sterren worden geboren. Op de achtergrond zijn talloze verre sterrenstelsels zichtbaar. Beeld: ESA

Verbazingwekkende veelzijdigheid

‘Euclid kan een grote verscheidenheid aan objecten in hetzelfde beeld vangen’, zegt ESA’s wetenschapsdirecteur Carole Mundell. ‘Van zwak tot helder, van dichtbij tot ver weg, van de zwaarste clusters van sterrenstelsels tot kleine planeten. […] Die verbazingwekkende veelzijdigheid heeft tot talrijke nieuwe wetenschappelijke resultaten geleid.’

Vorig jaar heeft Euclid in één etmaal zeventien astronomische objecten waargenomen, als onderdeel van de Early Release Observations. Op de resulterende foto’s zijn vele miljoenen afzonderlijke sterren en sterrenstelsels te zien. Binnenkort verschijnt een themanummer van het Europese tijdschrift Astronomy & Astrophysics, waarin de eerste wetenschappelijke analyses van de Early Release-waarnemingen beschreven worden in tien artikelen.

Zo hebben sterrenkundigen in de Perseus-cluster (een gigantische verzameling van duizenden sterrenstelsels op 240 miljoen lichtjaar afstand) het zwakke licht gedetecteerd van honderden miljarden ‘weessterren’. Die maken geen deel uit van een sterrenstelsel, maar zwerven door de intergalactische ruimte. Vermoedelijk zijn ze afkomstig uit kleine dwergstelsels die door getijdenkrachten uiteen zijn gerukt.

Euclids ongeëvenaarde waarnemingen aan verre sterrenstelsels zullen in de nabije toekomst nog aangevuld worden door metingen van het Vera Rubin Observatory dat volgend jaar in gebruik genomen gaat worden in Noord-Chili, en van de toekomstige Amerikaanse Nancy Grace Roman Space Telescope.

Bron: ESA

Het spiraalvormige sterrenstelsel NGC 6744 bevindt zich op 30 miljoen lichtjaar afstand in het zuidelijke sterrenbeeld Pauw. Op de Euclid-foto is al een tot dusver onbekend satellietstelsel ontdekt – een kleine begeleider van NGC 6744. Beeld: ESA

Hoe kunnen sterrenclusters botsen als alles in het heelal zich van elkaar verwijdert?

Lees het antwoord op ikhebeenvraag.be